Janusz Korczak

inspiratiebron

Het leven en werken van Janusz Korczak, een Pools-Joodse kinderarts en pedagoog, is voor ons een herkenning en een inspiratiebron bij het stichten en vormgeven van ons onderwijs.

Janusz Korczak

Op Matthijsje staat het welzijn van ieder mens voorop. De leeftijd van die persoon is daarbij niet van belang. Ieder wordt serieus genomen en heeft een eigen verantwoordelijkheid voor het welzijn van zichzelf en anderen. Wij zien een school als onderdeel van het leven en niet als losstaand van de maatschappij. Aan die visie heeft de pedagoog Janusz Korczak een praktische uitwerking gegeven die wij hieronder toelichten. Het leven en werken van Janusz Korczak, een Pools-Joodse kinderarts en pedagoog, is voor ons een herkenning en een inspiratiebron bij het stichten en vormgeven van ons onderwijs.

Janusz Korczak, een pseudoniem van Henryk Goldszmit, werd in 1878 of 1879 geboren in een rijke geassimileerde Joodse familie in Warschau. Zijn vader Józef Goldszmit stierf in 1896, waardoor zijn familie zonder bron van inkomsten kwam. Als tiener was Korczak broodwinner voor zijn moeder, zus en grootmoeder. 
Korczak leidde tussen de twee wereldoorlogen, in Warschau een weeshuis voor Joodse kinderen. In 1942 is hij met zijn weeskinderen in het concentratiekamp Treblinka omgebracht.
Hij beschouwde kinderen als volwaardige mensen en gaf ze veel rechten en verantwoordelijkheden. In zijn weeshuis was een kinderparlement en leerden de kinderen door middel van het mentorschap om voor elkaar zorg te dragen.

Janusz Korczak schreef veel boeken over en voor kinderen. Een van zijn bekendste kinderboeken is: “Koning Matthijsje de Eerste”.
Matthijsje betekent: ‘geschenk van God’. Hieraan is de naam van onze school ontleend. Het logo van onze school ‘ het klaverblad’ (symbool voor geluk) : stond afgebeeld op de groene vlag van het weeshuis.
Wij voelen ons verwant met hem, in zijn verwondering dat er een Schepper is, die zich bemoeit met Zijn schepping.
In al zijn werk vinden we dat Korczak zelf, vanuit een verbintenis met zijn God leeft.
We vinden dit onder meer terug in een uitspraak van Korczak aan het einde van zijn leven:
Mijn leven is moeilijk, maar interessant geweest. In mijn jeugd heb ik God juist daarom gevraagd: God geef me een zwaar leven. Maar laat het mooi en rijk zijn en hoog mikken”.
Net als Janusz Korczak beleven we dat we in de opvoeding de kinderen geen God en geen geloofsleven kunnen geven, noch een geloof aanleren. Zij zullen zelf God moeten vinden. Prachtig verwoordt Janusz Korczak dit in de afscheidsbrief die hij schreef aan kinderen die het weeshuis verlieten -1920.
Helaas zijn woorden arm en zwak. We geven jullie niets!
We geven jullie geen God, want die moet je zelf in je eigen ziel zoeken, in een eenzaam gevecht.
We geven jullie geen vaderland, want dat moet je zelf door de eigen inspanning van je hart en door nadenken vinden.
We geven jullie geen naastenliefde, want er is geen liefde zonder vergeving en vergeven is moeilijk, een zwaar karwei dat ieder zelf op zich moet nemen.
We geven jullie maar één ding: het verlangen naar een beter leven, dat nu nog niet bestaat, maar dat eenmaal zal bestaan, een leven in waarheid en gerechtigheid. Misschien zal dit verlangen jullie tot God, tot een vaderland en tot liefhebben brengen.”

Korczak heeft geen didactiekboek geschreven en geeft geen pasklare antwoorden:
“In elke situatie zullen opvoeders moeten proberen te verstaan waarom een kind doet zoals het doet en wat het nodig heeft.”

Visie Matthijsje vanuit leven en werk van Janusz Korczak

Een kind           
… leeft hier en nu
… is volstrekt uniek
… mag zijn zoals het is
… ontwikkelt zich in dialoog
… heeft recht op autonomie
… heeft recht op actieve participatie
… is zijn eigen actor in het leerproces
 … ontwikkelt verantwoordelijkheid voor zijn doen en laten

Deze uitspraken gelden binnen de kaders van de groep en het leerproces. Dat betekent dat een kind mag zijn zoals het is en autonomie heeft, passend binnen de groep. Het moet dus niet ten koste gaan van medeleerlingen, leerkrachten en het leerproces.

Welke praktische zaken zie in school terug vanuit deze visie?

  •  Parlement: (autonomie, actieve participatie en dialoog)
    Het doel van het parlement is dat leerlingen leren deel te nemen besluitvorming binnen de school en leren beslissingen te nemen in het belang van een groep i.p.v zichzelf. Daarnaast leren ze de structuur van vergaderen kennen onder leiding van een voorzitter.
  • Mentoren: (zorg voor medemens)
    Leerlingen uit de bovenbouw zijn mentor van een leerling uit de onderbouw. Op verschillende momenten in het schooljaar doen ze creatieve, sportieve of verzorgende (dieren) activiteiten samen. Hierbij leert het oudere kind het jongere kind te ondersteunen.
  • Arbeid: (zorg voor omgeving en actieve participatie)
    Leerlingen leren zorg te dragen voor hun omgeving. Hierbij wordt het schoolterrein onderhouden, de dierenhokken schoongemaakt en huishoudelijke taken gedaan, zoals het schoonmaken van de ruimtes in school en technische onderhoudsklussen gedaan.
  • Winkeltjes: (actor in het leerproces, actieve participatie, dialoog, autonomie)
    Leerlingen vanaf groep 3 mogen drie weken lang zelfgemaakte spulletjes verkopen tijdens de pauze. Hiervoor is speciaal gedrukt ‘Matthijsjegeld’. Het is de maatschappij in het klein waarbij creativiteit, samenwerking, prijsbepaling, onderhandelen, geldbesteding en verantwoording gestimuleerd wordt.
  • Kringmomenten: (een kind leeft hier en nu, is uniek en mag zijn zoals het is)
    Het doel van deze momenten is dat het kind waardering ondervindt voor zijn persoonlijke leven en gevoelens en leert om aandacht te hebben voor medeleerlingen.
  • Breed lesaanbod: (een kind is uniek en mag zijn zoals het is)
    Met aandacht voor muziek, expressie, tekenen en handvaardigheid wordt tegemoet gekomen aan de verschillende talenten van kinderen, waarbij hun eigenheid wordt gewaardeerd en ontwikkeld.
  • Project ‘alle tranen zijn zout’: (autonomie, actieve participatie en dialoog)
    In dit project (groep 7/8) komen door middel van gesprek de kinderrechten, gelijkwaardigheid en een verdraagzame samenleving aan de orde met als doel dat leerlingen leren eigen keuzes te maken.
  • Behandelen kinderrechten: (dialoog)
    Op de dag van de “rechten van het kind’ (20 november) besteden we hier aandacht aan met verwijzing naar Korczak.
  • Kindgesprekken: (eigen actor in het leerproces)
    In de bovenbouw hebben leerlingen regelmatig een kindgesprek waarbij de leerling in samenspraak met de leerkracht leerdoelen vaststelt met als doel het eigenaarschap van de leerling te vergroten.
  • Visie delen: (dialoog)
    Aan het begin van het schooljaar wordt de invloed van Janusz Korczak op onze school in het team besproken en wat we daarin van leerkrachten en leerlingen verwachten. Aan ouders wordt dit op de eerste ouderavond van het schooljaar verteld. Met leerlingen wordt in de gouden weken besproken waar we met hen naar streven.

Wat verwachten we van personeel vanuit deze visie?

  • In elke situatie probeer je te verstaan waarom een kind doet zoals het doet en wat het nodig heeft. Je werkt hierbij vanuit je hart en intuïtie en methodes en protocollen zijn hierbij voor jou een hulpmiddel.
  • Je praat mét het kind in plaats van tégen of over het Je neemt daarom tijd voor individuele en groepsgesprekken.
  • Je gaat respectvol om met ieder kind en iedere volwassene.
  • Je zoekt relatie en verbinding met de leerling én de ouders.
  • Je bent vergevingsgezind en stimuleert kinderen dat ook naar elkaar te zijn.
  • Je ziet een kind als volwaardig mens, waar je als leerkracht verantwoordelijkheid voor Kenmerken hiervan zijn o.a.:
    • Je taalgebruik is afgestemd op hun leeftijd, maar wel volwaardig (niet kinderlijk);
    • Je neemt de inbreng van kinderen serieus en vraagt hier ook om;
    • De leerlingen mogen je bij je voornaam noemen op een respectvolle manier;
    • Je geeft duidelijke kaders om veiligheid en orde te waarborgen en spreekt leerlingen aan op hun verantwoordelijkheid om binnen die kaders te blijven. Je hebt hierbij oog voor leerlingen die het moeilijk hebben;
    • Je bent niet oplossingsgericht, maar ontwikkelingsgericht in het begeleiden van ruzies en problemen. Je begeleidt leerlingen om het zelf op te lossen.

Wat verwachten we van ouders vanuit deze visie?

  • Je kunt je vinden in de visie zoals deze door school is beschreven.
  • Je ondersteunt de visie van school thuis door hoe je op je kind reageert.
  • Je zoekt relatie en verbinding met de leerkracht.
  • Je zet je in om de school tot een mooie plek te maken waar iedereen zich fijn voelt.
  • Je probeert aan te sluiten bij de visie op momenten dat je in school ondersteunende taken uitvoert.
  • Je bent vergevingsgezind en stimuleert je kind dat ook naar anderen te zijn.
  • Je probeert je steentje bij te dragen om de extra praktische zaken (zoals arbeid, breed aanbod en winkeltjes) mogelijk te maken.

Waar streven we naar bij de leerlingen vanuit deze visie

  • Je hebt zorg voor mensen, dieren, de materialen en de omgeving.
  • Je zet je in om de school tot een mooie plek te maken en houden waar iedereen zich fijn voelen.
  • Je hebt respect voor de leerkracht a. door zijn/haar autoriteit niet te ondermijnen.
  • Je gebruikt de vrijheid en zelfstandigheid die je krijgt om je te ontwikkelen.
  • Je mag jezelf zijn en laat ook aan anderen merken dat ze zichzelf mogen Je let daarbij op dat jouw gedrag niet ten koste gaat van een ander, de groepssfeer of het leren.
  • Je zoekt naar contact met de leerkracht en vertelt de dingen die je leuk en moeilijk vindt, zodat de leerkracht jou goed kan helpen.
  • Je bent vergevingsgezind en probeert het op te lossen als er iets niet goed gaat.
ADRES:

Oosterstreek 23

8388 NA Oosterstreek

Tel.0561-432690

POSTADRES:

Postbus 8

8390 AA Noordwolde

E-MAILADRES:
info@schoolmatthijsje.nl